Ferdinand Verbiest, een vooraanstaande Belgische priester en astronoom uit de 17e eeuw, staat bekend om zijn baanbrekende bijdragen aan de wetenschap en educatie tijdens zijn verblijf aan het keizerlijke hof in China. Zijn werk, dat variëerde van astronomie tot de vroege ontwikkeling van stoommachines, illustreert de kernwaarden van voortdurende kennisverwerving en de toepassing van wetenschappelijk inzicht ten behoeve van maatschappelijke vooruitgang. Verbiest benadrukte het belang van een interculturele dialoog en het delen van kennis over grenzen heen, principes die resoneren met de hedendaagse visie op onderwijs binnen Scholengemeenschap Ferdinand Verbiest. Ons onderwijsmodel streeft ernaar om leerlingen te vormen tot wereldburgers die openstaan voor verschillende culturen en perspectieven.
Het verhaal van Ferdinand Verbiest inspireert ons om een leergemeenschap te zijn waar nieuwsgierigheid, innovatie, en wederzijds respect de pijlers vormen van ons educatief streven.
Under construction...
Onze scholengemeenschap is een VZW: VZW Scholengemeenschap Ferdinand Verbiest.
De VZW werkt op 3 verschillende niveaus:
Beleidsvoerend niveau 🤵
Uitvoerend niveau 🏫
Participatief niveau 🤝
Het bestuur van de scholengemeenschap (ook wel de raad van bestuur genoemd) neemt de grote belangrijke beslissingen. In dat bestuur zitten 9 mensen. Elk heeft zijn eigen achtergrond en specialisatie. Als er beslissingen moeten genomen worden op vlak van gebouwen en verbouwen, treden de mensen met een financiële en bouwkundige achtergrond op. Als we de begroting gemaakt hebben, wordt die bijvoorbeeld nagezien door de mensen met een financiële achtergrond. Juridische problemen worden dan weer aangepakt door mensen met een juridische achtergrond.
Het bestuur 'bestuurt' dus het grote schip van onze scholengemeenschap: Gaan we richting stuurboord? Bakboord?
Elke school in onze scholengemeenschap heeft een "ankerfiguur": iemand uit het bestuur die het aanspreekpunt is voor één bepaalde school.
De algemene vergadering is eigenlijk een controle orgaan. Het bestuur moet zijn acties daar 'verantwoorden'. Is de begroting die vooropgesteld wordt OK? De mensen uit de algemene vergadering geven hun goedkeuring over de beslissingen van het bestuur. Om het werkbaar te houden, geeft het bestuur twee keer per jaar een presentatie van de genomen beslissingen, de jaarrekening, de investeringen, de begrotingen... voor de mensen van de algemene vergadering. Hiervan wordt een verslag gemaakt. Als men dus spreekt over "de goedgekeurde begroting", dan is dat de begroting gemaakt door de school, nagezien door de raad van bestuur en officieel goedgekeurd door de algemene vergadering.
Op regelmatige basis zitten de directies van de verschillende scholen van onze scholengemeenschap samen. Tijdens die vergaderingen hebben we het over schooloverkoepelende zaken: Welke mensen zijn er beschikbaar voor vervangingen? Zijn er vragen vanuit de gemeente waarop we als scholengemeenschap een eenduidig antwoord moeten formuleren? Moeten er bepaalde afspraken gemaakt worden in verband met boekhoudkundige zaken? De praktische zaken worden hier geregeld.
Daarnaast worden er conclaafdagen georganiseerd waarin gewerkt wordt aan prioriteiten binnen de scholengemeenschap. Dit zijn werkvergaderingen waarin we samen sleutelen aan bijvoorbeeld functieomschrijvingen, GOK-plannen...
Op elke school in de scholengemeenschap is er een LOC. Elk LOC heeft een eigen huishoudelijk reglement. Het LOC heeft een informatie-, toezicht- en bemiddelingsrecht. Het is het orgaan bij uitstek voor participatie van de personeelsleden. Er worden vooral personeelsgebonden zaken besproken. Er wordt uitleg gegeven over nieuwe wetgeving, men krijgt hier inzicht in de verdeling van de lestijden, vragen of zorgen komen zo tot bij het bestuur.
Het LOC is paritair samengesteld. (van elke geleding evenveel mensen)
Vakbondsafgevaardigde of de LOC-verkozene
Afgevaardigde van het bestuur (meestal de ankerfiguur)
Directie (als adviserende rol)
De LOCs in elke school komen 3 keer per jaar samen.
Voor elke school is er een email-groep: loc@school.be, (waarbij "school.be" vervangen wordt door de domeinnaam van de school)
Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk. Op niveau van de scholengemeenschap wordt er adviesgegeven ivm de veiligheid en het welzijn van kinderen en personeel in de scholen.
Preventieadviseur (Jochen Desmet)
Verkozen vakbondsafgevaardigden uit de scholen.
Afgevaardigden van het bestuur. (codi + voorzitter)
Directies als adviserende leden.
Het CPBW komt 3 keer per jaar samen.
De mensen die zetelen in het CPBW zijn te bereiken via het mailadres cpbw@sgfv.be
OnderhandelingsComité van de ScholenGemeenschap. Een soort "schooloverkoepelend LOC". Personeelsgerelateerde zaken van belang voor de scholengemeenschap kome hier aan bod. Bijvoorbeeld aanpassingen aan het arbeidsreglement worden hier besproken, wijziging van de schooluren...
Wil je in het OCSG zetelen, dan moet je ook in een LOC zitten. De samenstelling is paritair.
4 afgevaardigden van het schoolbestuur (codi, voorzitter, ondervoorzitter en één extra bestuurslid)
4 afgevaardigden van de LOCS van de scholen in de SG.
2 technisch adviseurs. (directeurs van de scholen)
Het OCSG komt 3 keer per jaar samen.
Via de emailgroep ocsg@sgfv.be
De schoolraad is een adviesorgaan. De schoolraad kan dus een advies formuleren naar de school toe. In de schoolraad zetelen een verzameling mensen van de lokale gemeenschap, enkele verkozen ouders en enkele verkozen leerkrachten. Men gaat in overleg over het reilen en zeilen van de school. Je kan het beschouwen als een info-ronde vanuit de school naar de omgeving toe.
Directie
Leerkrachten
Mensen van de lokale gemeenschap
De schoolraad komt 3 keer per jaar samen.
Het oudercomité is een groep enthousiaste ouders van kinderen in de school die dingen organiseert om zo de school te helpen. Dat kan zijn door gewoon de handen uit de mouwen te steken op bv een schoolfeest, maar evengoed heuse acties om centen in de la te brengen om later zo de school ook materieel te ondersteunen.
Ouders van kinderen op school.
Je wordt aangeworven na een sollicitatiegesprek voor een bepaald ambt.
Die ambten worden ingedeeld in personeelscategoriën; bijvoorbeeld:
Bestuurs- en onderwijzend personeel: directeur, technisch adviseur, kleuteronderwijzer, onderwijzer, leraar, leraar algemene en sociale vorming
Beleids- en ondersteunend personeel (basisonderwijs): zorgcoördinator, ICT-coördinator, administratief medewerker, adjunct-directeur
Elke personeelscategorie kan nog verder ingedeeld worden:
Wervingsambten: bijvoorbeeld onderwijzer, leraar, opvoeder, ICT-coördinator, stafmedewerkering, administratief medewerker...
Selectieambten: bijvoorbeeld adjunct-directeur, coördinator
Bevorderingsambten: directeur.
Voor elk ambt zijn er een aantal voorwaarden, met de bekwaamheidsbewijzen in het bijzonder.
Je loopbaan bij een school of scholengemeenschap start als TABD-er: Tijdelijke Aanstelling van Bepaalde Duur.
Je krijgt werk in een bepaald ambt met duidelijke start en einddatum.
Alvorens je een job aangeboden krijgt, moet het schoolbestuur eerst kijken of er niemand is die op dat moment geen werk heeft uit een categorie personeelsleden die voorrangsrechten hebben opgebouwd: vast benoemden of TADD-ers zonder werk. Zij hebben immers voorrang.
Vanzodra je aan de slag gaat, bouw je anciënniteit op binnen dat ambt. Die anciënniteit bouw je op per dag dat je werkt. Heb je op een bepaald moment voldoende anciënniteit? Dan voldoe je alvast aan één van de voorwaarden om TADD-er te worden.
Als je minimum 290 dagen dienstanciënniteit hebt op 30 juni, waarvan minstens 200 dagen effectieve prestaties, voldoe je aan één van de voorwaarden om een Tijdelijke Aanstelling van Doorlopende Duur in de scholengemeenschap te krijgen. TADD-er ben je dus niet voor één school, maar voor een hele scholengemeenschap.
De voorwaarden op een rijtje:
Op 30 juni minstens 290 dagen dienstanciënniteit hebben waarvan 200 dagen effectief.
Een positief evaluatiegesprek krijgen. (geen gesprek is hetzelfde als een positief gesprek)
Uiterlijk op 1 september een vereist of voldoende geacht bekwaamheidsbewijs hebben voor het ambt waarvoor je kandideert.
Geldig kandideren voor 15 juni.
Het gevolg van TADD-er zijn, is dat je in een soort voorrangsregeling komt bij het verdelen van jobs binnen de scholengemeenschap.
Je hebt vanaf dat moment voorrang op TABD-ers. Als er dus een betrekking wordt uitgedeeld, moet het bestuur eerst kijken of alle vastbenoemden én alle TADD-ers werk hebben. Je krijgt dus voor een stuk werkzekerheid. Als er geen werk is in de scholengemeenschap, dan is er geen. Als er wel werk is, krijg je dus voorrang op "nieuwe" mensen of mensen die nog geen TADD-er zijn in de scholengemeenschap.
Elk jaar opnieuw krijgen de scholen in juni dienstbrieven waarop staat hoeveel lestijden een school mag inrichten. Dan begint de "puzzel": Hoe gaan we die lestijden en puntenenveloppes zo efficient mogelijk inzetten om zoveel mogelijk mensen werk te kunnen geven? De puzzel wordt gelegd door eerst alle vastbenoemde personeelsleden lestijden te geven. Daarna komen de TADD-ers aan bod. Zijn er nog lestijden over? Dan komen nieuwe mensen (en of TABD-ers) aan de beurt.
De lestijden die aan vastbenoemde personeelsleden uitgedeeld worden, zijn voor hen 'gereserveerd'.
Soms nemen vastbenoemde personeelsleden een verlofstelsel op. Mensen die die uren invullen, staan in een vervanging.
Soms gaan er mensen op pensioen. Dan komen de 'gereserveerde uren' voor die vast benoemde persoon terug vrij. Dan spreken we van vacante uren.
Soms stijgt het aantal kinderen op een school. Dan krijgen we ook meer lestijden. De uren die we "op overschot" gekregen hebben, dus nadat alle vast benoemden werk hebben gekregen, noemen we ook vacante uren.
Voor 15 november worden de vacante uren opgelijst en kan er gekandideerd worden voor een vaste benoeming.
Als je aan een aantal voorwaarden voldoet, kan je als TADD-er kandideren op die vacante uren om een vaste benoeming te krijgen.
Als je
aan de aanstellingsvoorwaarden voldoet
op 31 augustus voorafgaand aan de datum van de vaste benoeming minstens 360 dagen dienstanciënniteit verworven hebt in het ambt van benoeming
op de dag voorafgaand aan de vaste benoeming (31 december) voor doorlopende duur aangesteld zijn in het ambt waar u kandidaat voor bent
een vereist of voldoende geacht bekwaamheidsbewijs hebt voor het ambt waarvoor u kandidaat bent
geen onvoldoende had voor je laatste evaluatie
de betrekking in hoofdambt uitoefent
geldig kandideert voor een vacant verklaarde betrekking.
Let wel, bij benoemingen zijn er zowel wettelijke als interne voorrangsregeltjes.
Personeelsleden die ouder zijn dan 55 jaar krijgen voorrang.
Personeelsleden die al deeltijds benoemd zijn, hebben ook voorrang.
Personeelsleden die al minstens 960 dagen dienstanciënniteit hebben krijgen ook voorrang op personeelsleden die dat niet hebben.
Daarna worden de kandidaten gesorteerd op aantal dagen dienstanciënniteit en kijken we wie recht heeft op welke uren.
Het schoolbestuur heeft het recht om uitzonderingen te maken op interne regels.